De scheppingskracht van woorden

De taalkundige, de taaldocent en de vertaler in mij roeren zich meer en meer.
Nooit gedacht dat mijn ‘oude ambachten’ nog eens belangrijk zouden worden op de manieren waarop dat nu het geval is.

Ja, ik kan een enorme ‘scherpslijper’ zijn wanneer het om taal gaat. De onderliggende reden daarvan: ik weet hoe bepalend woorden en taalgebruik kunnen zijn op het niveau van de on(der)bewuste lagen van onze psyche/ons systeem.

Woorden hebben scheppingskracht.
Hoe je iets noemt, geeft dat ‘ding’ realiteit en ‘gewicht’ – en uiteindelijk zelfs iets dat ‘bestaansrecht’ zou kunnen worden genoemd.

Wanneer object A maar lang genoeg ‘B’ wordt genoemd, verwordt het in de psyche en perceptie van massa’s mensen tot een zogenaamde ‘B’ – terwijl het in wezen nog steeds een ‘A’ is. En als dat maar lang genoeg aanhoudt, vergeten mensen op een gegeven moment dat het object dat ze ‘B’ zijn gaan noemen en als een ‘B’ zijn gaan zien, helemaal geen ‘B’ is.

Voor wie wil manipuleren, is kennis van taal én de werking van de psyche een onwijs krachtig instrument – en dit voert veel verder en dieper dan slechts de ‘oppervlakkige’ lagen van ‘NLP’ (hoewel de betekenis van de P in die term al je nekharen overeind zou moeten laten staan zodra je op een diep niveau beseft wat middels ‘NLP’ gedaan kan worden).

Mensen zijn – enorm! – programmeerbaar.
En programmeren gebeurt nooit zonder ‘input’.

Dat een ‘input’ tot vervelens toe wordt herhaald en herhaald, telkens wéér op je wordt afgevuurd – waardoor deze zich diep in je on(der)bewuste kan gaan nestelen als een vermeend ‘gegeven’ – maakt die ‘input’ echter nog niet wáár. In de woorden van Giordano Bruno: “De waarheid verandert niet omdat deze wel of niet geloofd wordt door de meerderheid van de personen.”

Laten we de dingen blijven benoemen als wat ze ZIJN – niet als hoe ze door anderen **genoemd** worden…

☼ 15 juli 2021


Share or email
Translate »
error: Content is protected !!